Brabantse verkeersveiligheidspartners maken zich zorgen  

245 keer bekeken

Het gaat niet goed met het aantal verkeersslachtoffers in Brabant. De recente ontwikkelingen en toekomstige prognoses van het aantal (dodelijke) verkeersslachtoffers zijn zorgwekkend. Het Bestuurlijk kernteam verkeersveiligheid organiseerde daarom op 12 april een bestuurlijke partnerbijeenkomst.

De verkeersveiligheidsambassadeurs wilden met alle Brabantse verkeersveiligheidspartners sparren over de huidige uitdagingen.

“Zien jullie al die dikke stippen?”, vraagt dagvoorzitter Donatello Piras aan de veertig paar ogen voor hem. Afgevaardigden van de politie, Rijkswaterstaat, provincie en gemeenten zitten op de drie rijen stoelen in de Clubzaal van de Verkadefabriek in Den Bosch. Piras draait zich om en kijkt naar het scherm achter hem. De provincie Noord-Brabant vult het doek. Donkergrijs gekleurd. Bezaaid met tientallen lichtgroene stippen. Hij schraapt zijn keel. “Ze staan voor de 140 verkeersdoden van het afgelopen jaar. Zij zijn er niet meer.”

“Een pijnlijke constatering’, vindt David Sölez het hoge aantal verkeersslachtoffers in Brabant. “Ik was teleurgesteld toen ik de cijfers zag”, vertelt de verkeersveiligheidsambassadeur Noordoost Brabant en wethouder van Land van Cuijk na de bijeenkomst. “In de maatschappij is meer aandacht nodig voor verkeersveiligheid. We willen allemaal dat de cijfers dalen. Het gaat niet hard genoeg. Daar moeten we wat mee.”

“Het is zorgwekkend dat we met Roosendaal hoog op de lijst staan van gemeentes met de meeste verkeersongevallen”, vertelt wethouder Sanneke Vermeulen uit Roosendaal. “Verkeersveiligheid staat bij ons hoog in het vaandel, voor elke verkeersgebruiker. Iedereen moet veilig van A naar B kunnen. Het gedrag van weggebruikers is één van de grootste oorzaken en is nog niet op het punt waar het moet zijn. Daar moeten we structureel iets aan doen.”

Onderzoek naar verkeersslachtoffers
De gevolgen van verkeersongevallen zijn groot, zo laat VeiligheidNL-onderzoekster Marjolein Versteeg zien. Ze zijn als kiezelstenen die in een meer worden gegooid. De ongelukken veroorzaken golven die zich uitbreiden naar alle hoeken van de maatschappij. Familie, vrienden, werkgevers, hulpverleners en getuigen van het ongeluk voelen de directe impact. Ook de samenleving als geheel ontkomt er niet aan. Met de medische zorg en juridische procedures zijn de economische en sociale kosten hoog.

VeiligheidNL deed onderzoek naar de verkeersslachtoffers die in 2021 op de spoedeisende hulp in Noord-Brabant belandden. Toen overleden 91 personen bij een verkeersongeval in onze provincie. 15.400 verkeersslachtoffers belandden toen op de spoedeisende hulp. Dat was tijdens de Covid-pandemie. VeiligheidNL ziet in de eerste helft van 2022 een sterke stijging van het aantal verkeersslachtoffers op de spoedeisende hulp. Uit hun onderzoek blijkt dat jongeren tussen 12 en 17 jaar en 75-plussers het grootste risico liepen. 67% van de ruim 15.000 slachtoffers was een fietser, 12% zat in de auto en 10% reed op een scooter. Van alle slachtoffers hadden 9.000 mensen ernstig letsel, zoals een botbreuk (77%), hersenschudding (14%) of schedel- en hersenletsel (4%). De medische kosten liepen op tot 66 miljoen euro. De verzuimkosten lagen op 72 miljoen euro. Die bedragen zijn exclusief maatschappelijke, immateriële kosten.

Focus op gedrag
Erik Wanders, teamchef afdeling infrastructuur bij de politie Oost-Brabant, is verrast door de feiten. “Als verkeerveiligheidsambassadeur ben ik op de hoogte van het aantal verkeersdoden en de kosten. Ik had alleen niet gedacht dat er zoveel letselslachtoffers waren.” De cijfers raken ook gedeputeerde Stijn Smeulders. “Zo’n presentatie maakt weer duidelijk waarom we er samen iets aan moeten doen. Ik ben blij dat vandaag zoveel mensen aanwezig zijn.”

Sidney van den Bergh, wethouder Oss, laat weten zich zorgen te maken om de grootste doelgroep: de fietser. “We willen in onze gemeente dat mensen vaker gaan fietsen en de auto laten staan. Ik schrik ervan als ik hoor dat fietsen tot meer ongevallen leidt. We focussen ons op gemotoriseerde voertuigen als we de verkeersveiligheid willen verbeteren. We moeten de groep eronder niet uit het oog verliezen: de fietser.”

De aanwezigen vinden dat er meer gestuurd moet worden op gedrag. Teamchef Wanders hoopt dat concrete acties daarbij helpen. Hij ziet al dat de bewustwording onder de bestuurders toeneemt. Dat gebeurt intern bij de politie, maar ook bij de gemeenten. “De wethouders en bestuurders hebben veel invloed op de lokale politiek. Meer dan ze zelf denken. Het is belangrijk dat ze die invloed uitoefenen. Gemiddeld overlijden er drie mensen per dag bij een verkeersongeval. Jaarlijks kosten die ongevallen de maatschappij 27 miljard euro. Het is te bizar voor woorden dat verkeersveiligheid landelijk nog niet een hoge urgentie heeft. Daarom moeten we met alle partners dit onderwerp blijven bespreken. Alleen dan daalt het aantal slachtoffers.”

Afbeeldingen

X (voorheen Twitter)

Cookie-instellingen